De vergeten Oorlog - Vereniging Oud Korea Strijders

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

De vergeten Oorlog

DE VERGETEN OORLOG

Nederlandse bijdrage
Toen de Nederlandse regering het verzoek van de VN kreeg troepen naar Korea te sturen, stond zij niet meteen te trappelen om mensen beschikbaar te stellen.
De oorlog met Indonesië was immers net achter de rug. In Nederland was het de tijd van de wederopbouw. Schoorvoetend stelde de regering eerst een ambulance ter beschikking, gevolgd door de torpedobootjager Hr. Ms. Evertsen, die in juli opstoomde naar de Koreaanse kust.
Nadat de de VS hadden gedreigd de Marshallhulp aan Nederland te verminderen als er niet meer geld aan Defensie werd besteed, ging de regering tijdens de ministerraad van
17 juli uiteindelijk akkoord met het zenden van troepen. De volgende stap was werven van vrijwilligers voor de taak die stond te wachten.
        Hr. Ms. Evertsen in de Koreaanse wateren

Vrijwilligers
Vooral premier Drees maakte zich erg sterk voor het sturen van vrijwilligers in plaats van het verplicht uitzenden van legeronderdelen. De vrijwilligers zouden echter in eerste instantie worden geworven binnen het beroepsleger.
Pas in het voorjaar van 1952, toen de aanmelding vanuit het leger voor aanvulling en aflossing van de Korea-gangers terug liep en er minder Koreagangers bijtekenden dan verwacht, werd een landelijke advertentiecampagne gestart. Naast een minimum leeftijd van 19 jaar en maximaal 35 jaar, stelde de regering vooral dat er een werkelijke dienst van twaalf maanden moest zijn voltooid. Omdat de toeloop voor de eerste aanmelding groot was, werd een week later bekend gemaakt dat er een voorkeur zou uitgaan naar militairen die tropenervaring hadden. Vooral militairen van het Korps Speciale Troepen in Indonesie zouden voorrang krijgen.
Voor de eerste lichting meldden zich in totaal 1670 vrijwilligers aan. Daarvan bleven er iets meer dan 500 over.

N.D.V.N.
Op 15 oktober 1950 werd het Nederlandse Detachement Verenigde Naties officieel opgericht en op 26 oktober 1950 vertrok de eerste lichting van 636 man vanuit de haven van Rotterdam per boot naar Korea. Deze eerste lichting kwam een maand later in Pusan in Zuid-Korea aan en kon meteen aan de slag. Het werd ingedeeld bij de Amerikaanse 2de Divisie Infanterie
(‘Indian Heads’).

Van de eerste lichting zouden in totaal 56 militairen sneuvelen en 150 gewond raken, onder andere tijdens de slagen bij Hoengsong en heuvel 325 in maart 1951. Onder hen was de overste van het detachement, lt.-kol. M.P.A. den Ouden, die sneuvelde op 12 februari 1951.
Regelmatig vertrokken na de eerste lichting nog meer militairen vanuit Nederland naar Korea om het Nederlandse detachement aan te vullen en af te lossen.
In totaal zijn er in de periode 1950 tot 1954 in totaal 3418 Nederlandse militairen naar Korea uitgezonden geweest. Daarnaast zijn ook 1896 mariniers bij de oorlog betrokken geweest. Het aantal zieken en gewonden onder de Nederlandse bijdrage bedroeg 645. 120 Nederlandse militairen sneuvelden; 116 van hen liggen begraven op het VN oorlogskerkhof even buiten Pusan in Zuid-Korea. Drie leden van het Nederlandse Detachement zijn nog altijd vermist.
                                                                                       Overste M.P.A. Den Ouden
De Vergeten Oorlog
Ingeklemd tussen de Tweede Wereldoorlog en de Vietnamoorlog wordt de Korea-oorlog wel eens ‘de vergeten oorlog’ genoemd. Geheel onterecht overigens. Niet alleen was ‘Korea’ het eerste gewapende conflict van de Koude Oorlog, ook was het een bloedige bladzijde in de Nederlandse krijgsgeschiedenis. 123 Nederlandse militairen verloren hun leven in de strijd.
Bij terugkeer in Nederland was - met uitzondering van de naaste familie - weinig sprake van een hartelijke ontvangst. Alsof men snel was vergeten wat de jonge militairen in dat verre land allemaal hadden meegemaakt en wat sommigen hun leven lang als geestelijke ballast zouden meedragen.
Het is één van de redenen geweest dat in 1977 door Generaal N. Tack en Kolonel
L.C. Schreuders de Vereniging Oud Korea Strijders is opgericht. Beiden waren in Korea geweest en wisten dat er behoefte was aan kameraadschap en begrip.
Nu, jaren later, is de erkenning in Nederland voor hun heldendaden langzaam op gang gekomen. Dat dit een moeizaam traject is, blijkt uit het nieuwe Nationaal Militair Museum in Soesterberg, waar nu nog steeds geen plekje voor de rol van het NDVN is te vinden.




 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu